|
- Afb. 1 Instrumentenpaneel: Laptimer
Geldt voor wagens: met laptimer (S-typen)
De motorolietemperatuur wordt alleen in de Laptimerweergave aangegeven.
Laptimer
Met de laptimer op het display Afb. 1 kunnen rondetijden gemeten en geanalyseerd worden. De meting vindt plaats in minuten, seconden en 1/10 seconden. Bij rondetijden die langer zijn dan 60 minuten wordt ook het uur weergegeven. Hierbij vervalt de weergave van 1/10 seconden.
De tijdregistratie eindigt bij een enkele meting na 99 uur, 59 minuten en 59 seconden. Hierna wordt automatisch een nieuwe ronde gestart.
Na maximaal 30 ronden eindigt de meting. Hierna kunt u de rondetijden analyseren of de tijdmeting opnieuw starten.
Motorolietemperatuurmeter
Een motorolietemperatuur lager dan 60 °C wordt door het symbool , gevolgd door drie dwarsstreepjes „- - -“ en de eenheid °C weergegeven.
De motor heeft de bedrijfstemperatuur bereikt als bij een normale rijstijl de motorolietemperatuur tussen 80 °C en 120 °C ligt. Bij sterke motorbelasting en hoge buitentemperaturen kan de motorolietemperatuur ook hoger oplopen. Dit is ongevaarlijk zolang de controlelampjes ►Link of ►Link op het display niet knipperen.
ATTENTIE!
Houd uw aandacht in eerste instantie altijd bij het autorijden! Alle bestuurders zijn volledig verantwoordelijk voor de verkeersveiligheid. De functies van de laptimer daarom alleen zo gebruiken, dat u in alle verkeerssituaties steeds de volledige controle over uw wagen hebt - gevaar voor ongevallen!
Aanwijzing
Terwijl de stopwatch van de laptimer loopt, kunt u de informatie van de boordcomputer oproepen.