Als meeruitvoering kunnen verschillende systemen zijn gemonteerd:
- Verwarmings- en ventilatiesysteem of
- handbediende airconditioning* of
- automatische airconditioning*
Het verwarmings- en ventilatiesysteem verwarmt en ventileert het interieur. De handbediende of automatische airconditioning* koelt en ontvochtigt aanvullend de lucht binnen in de wagen. De airconditioning werkt het beste, als de ruiten en het glazen panoramadak* zijn gesloten. Bij zeer hoge temperaturen in de wagen kan ventileren helpen het afkoelen te versnellen.
Interieurluchtfilter
Het interieurluchtfilter filtert bijvoorbeeld stof en pollen uit de lucht.
Milieuaanwijzing
Als u brandstof wilt besparen, schakelt u de koelfunctie van de airconditioning* uit door de A/C-toets in te drukken. Op deze wijze wordt ook de emissie van schadelijke stoffen verminderd. De airconditioning is uitgeschakeld, als de led in de toets uitgaat. Bij wagens met bestuurdersinformatiesysteem kunt u in het efficiencyprogramma informatie opvragen over het extra verbruik en verdere besparingsaanwijzingen ►Link.
Aanwijzing
- De luchtinlaat voor de voorruit moet vrij van ijs, sneeuw of bladeren zijn, opdat verwarming en airconditioning optimaal kunnen functioneren.
- Van de koelinstallatie* kan condens druppelen en onder de wagen een waterplas vormen. Dit is normaal en geen teken van lekkage.
- Als u constateert dat bijvoorbeeld de stoel-* of achterruitverwarming niet verwarmt, krijgt deze van het energiemanagement tijdelijk minder energie of is deze uitgeschakeld. De systemen zijn weer beschikbaar zodra de energiehuishouding weer in evenwicht is.