|
- Afb. 1 Sleutel met radiografische afstandsbediening resp. comfortsleutel: Knoppenbezetting
Om de wagen te ontgrendelen, drukt u op de knop Afb. 1.
Om de wagen te vergrendelen, zet u de keuzehendel in stand P (automatische versnellingsbak) en drukt op de knop ATTENTIE!.
Om de achterklep te ontgrendelen, drukt u kort op de knop .
Om de achterklep te openen, drukt u de knop ten minste een seconde in.
Als de wagen wordt ontgrendeld en u binnen 30 seconden niet een portier of de achterklep opent, wordt de wagen automatisch weer vergrendeld. Deze functie voorkomt dat de wagen onbedoeld continu is ontgrendeld. Dit geldt niet, wanneer u de knop tenminste gedurende een seconde indrukt.
Bij wagens met centrale veiligheidsvergrendeling (selectieve portierontgrendeling) ►Link worden alleen het bestuurdersportier en de tankklep ontgrendeld, wanneer u de knop eenmaal indrukt en wordt de gehele wagen ontgrendeld wanneer u deze knop tweemaal indrukt.
Geldt voor wagens met alarmsysteem*: bij van buitenaf vergrendelde wagen met ingeschakeld Safelock* mogen er geen personen - vooral geen kinderen - in de wagen achterblijven, omdat de portieren en ruiten van binnenuit niet meer kunnen worden geopend ►Link. Vergrendelde portieren maken het hulpverleners moeilijk om in geval van nood in de wagen te komen - levensgevaar!
Voorzichtig!
Geldt voor wagens met start-stopsysteem en de knop Start Engine Stop*: als het start-stopsysteem de motor heeft afgezet, blijft het contact ingeschakeld. Verzeker u voor het verlaten van de wagen ervan, dat het contact is uitgeschakeld ►Link. De wagen kan anders niet worden vergrendeld.
Aanwijzing
- Bedien de sleutel met radiografische afstandsbediening resp. de comfortsleutel alleen als u zicht op de wagen heeft.
- Andere functies van de sleutel met radiografische afstandsbediening resp. comfortsleutel ►Link.