|
- Afb. 1 Middenconsole: Parkeerrem
Voor het geval dat het gewone remsysteem is uitgevallen of geblokkeerd.
Om uw wagen in een noodsituatie met de parkeerrem af te remmen, trekt u aan de knop -A- Afb. 1 en houdt u deze aangetrokken.
Zodra u de knop -A- loslaat of meer gas geeft, wordt gestopt met remmen.
Als vanaf een snelheid van ca. 3 km/h de knop -A- wordt aangetrokken en vastgehouden, wordt de noodstopfunctie geactiveerd. Hierbij wordt de wagen door het activeren van de remhydraulica op alle vier de wielen afgeremd. Het remvermogen is zoals bij een sterke remingreep! ATTENTIE!
Om te voorkomen dat de noodstopfunctie per ongeluk wordt geactiveerd, is bij het aantrekken van de knop -A- een akoestisch waarschuwingssignaal (zoemer) te horen. Zodra de knop -A- wordt losgelaten of meer gas wordt gegeven, wordt de noodstop onderbroken.
De noodremfunctie mag alleen in noodgevallen, als het rempedaal uitgevallen of geblokkeerd is, worden geactiveerd. Bij een noodstop met de parkeerrem wordt uw wagen geremd zoals bij sterk intrappen van het rempedaal. De fysieke grenzen kunnen ook door de ESC en de daarin geïntegreerde componenten (ABS, ASR, EDS) niet worden geneutraliseerd. In bochten en op slecht wegdek of bij slecht weer kan een noodstop ertoe leiden dat de wagen uitbreekt of in een slip raakt - gevaar voor ongevallen!