De koprolbescherming wordt bij een botsing of bij het over de kop slaan geactiveerd.
De sensoren die zich in de wagen bevinden zorgen afhankelijk van de zwaarte van de botsing samen met het bijbehorende regelapparaat voor activeren van de koprolbescherming.
Om veiligheidsredenen wordt de koprolbescherming vanaf een bepaalde zwaarte van de botsing ook bij frontale botsingen, botsingen van opzij en van achteren geactiveerd.