Kies: functietoets TEL > keuzetoets Instellingen > Telefoonmodus.
In de instellingen van uw autotelefoon kunt u tussen drie verschillende soorten telefoongebruik kiezen. Via deze instelling kan een optimalisering van het netwerkgedrag worden bereikt.
Automatisch
De autotelefoon wisselt afhankelijk van de beschikbaarheid en ontvangst van netwerken alsmede van de positie van de wagen automatisch tussen UMTS- (3G) en GSM-netwerken (2G). Bij het gebruik van Google Earth™ en WLAN kunnen er beperkingen optreden.
Telefonie geoptimaliseerd
De autotelefoon maakt verbinding met het GSM-netwerk (2G) in. De ontvangst is optimaal op het gebruik van telefonie afgestemd. Bij het gebruik van Google Earth™ en WLAN kunnen er beperkingen optreden.
Datadiensten geoptimaliseerd
De autotelefoon wordt afhankelijk van de beschikbaarheid en ontvangst van netwerken en van de positie van de wagen met het UMTS- (3G) of GSM-netwerk (2G) verbonden. De ontvangst is optimaal op het gebruik van datadiensten afgestemd. Bij de telefonie kunnen er beperkingen optreden.
Aanwijzing
- In gebieden met slechte UMTS (3G)-ontvangst kan het voorkomen dat in de telefoonmodus Datadiensten geoptimaliseerd de autotelefoon zich vaak in de modus Netwerk zoeken bevindt. Daarom is het raadzaam, de instelling Datadiensten geoptimaliseerd voornamelijk in gebieden met goede beschikbaarheid en ontvangst van UMTS (3G)-netwerken te gebruiken.
- Als u kiest voor de netwerkmodus Automatisch of Telefonie geoptimaliseerd, zijn netwerkspecifieke beperkingen bij het parallele gebruik van Audi connect diensten en telefoongesprekken mogelijk.