Het risico van verwondingen aan het bovenlichaam wordt door volledig geactiveerde zij-airbags gereduceerd.
Bij bepaalde aanrijdingen van opzij worden de zij-airbags (voorin en achterin*) aan de betreffende zijde van de wagen geactiveerd Afb. 1 resp. Afb. 2.
Bij bijzondere ongevallen is het mogelijk dat zowel de voorairbags als de zij-airbags en de hoofdairbag worden geactiveerd.
Als het systeem wordt geactiveerd, wordt de luchtzak met drijfgas gevuld.
De airbag wordt in enkele fracties van een seconde en met hoge snelheid opgeblazen om bij een ongeval extra bescherming te kunnen bieden. Bij het activeren van de airbag komt fijn stof vrij. Dat is volledig normaal en betekent niet dat er in de wagen brand is uitgebroken.
Bij het neerkomen in de volledig opgeblazen luchtzak wordt de beweging van de inzittenden gedempt en het risico van verwondingen aan het hele bovenlichaam (borst, buik en bekken) aan de zijde van het portier gereduceerd.