Geldt voor wagens met head-up display
Het head-updisplay projecteert bepaalde waarschuwingsaanwijzingen of geselecteerde informatie van hulpsystemen* resp. van het navigatiesysteem* op de voorruit. De weergave verschijnt in het blikveld van de bestuurder.
In- en uitschakelen
Om het head-updisplay in of uit te schakelen, drukt u op de knop Afb. 2.
Hoogteverstelling
Om de afbeelding van het head-updisplay individueel aan te passen, kunt u de hoogte van de weergave instellen.
Een juiste zithouding aannemen ►Link.
Knop draaien om het display aan te passen.
Instellingen in het infotainment
Kies: functietoets CAR > keuzetoets (Car)* Systemen > Ondersteuning bestuurder > Head-updisplay > Weergaven head-updisplay of Helderheid display.
Weergaven
U kunt in het infotainment de informatie vastleggen, die moet worden weergegeven. Bijvoorbeeld navigatie-informatie*, adaptive cruise control*, nachtzichtassistent*.
De weergave van sommige informatie en van sommige rode controlelampjes kunt u niet uitschakelen in het infotainment.
Helderheid weergave
U kunt in het infotainment de helderheid van de weergave wijzigen. Als de omgevingshelderheid afneemt, wordt de helderheid van de weergave automatisch ook verminderd. De basishelderheid wordt met de instrumentenverlichting ingesteld ►Link.
Voorzichtig!
Geen voorwerpen in de opening van het head-updisplay leggen, om te voorkomen dat het afdekglas wordt bekrast.
Aanwijzing
- Zonnebrillen met polarisatiefilters en ongunstig licht kunnen de weergave negatief beïnbloeden.
- Een optimale weergave is afhankelijk van de zithouding en de ingestelde hoogte van het head-updisplay.
- Voor de werking van het head-updisplay is een speciale voorruit noodzakelijk.
- Aanwijzingen voor schoonmaken ►Tabel „Interieur schoonmaken“.