- Afb. 1 Middenconsole: Parkeerrem
De elektronische parkeerrem vervangt de handrem.
Om de parkeerrem vast te zetten, trekt u aan knop -A- Afb. 1. De controlelampjes in de knop en op het display in het instrumentenpaneel branden.
Om de parkeerrem los te zetten, bij ingeschakeld contact het rem- of gaspedaal intrappen en tegelijkertijd de knop indrukken. De controlelampjes in de knop en op het display gaan uit.
De wagen is met een elektronische parkeerrem uitgerust. De parkeerrem dient ervoor om de wagen te beveiligen tegen onbedoeld wegrollen en vervangt dus de handrem.
Naast de gebruikelijke functies van een conventionele handrem biedt de elektronische parkeerrem ook verschillende comfort- en veiligheidsfuncties.
Bij het wegrijden
- De geïntegreerde wegrijhulp ondersteunt u bij het rijden door de parkeerrem automatisch los te zetten Link.
- Bij het wegrijden op hellingen voorkomt de wegrijhulp dat de wagen onbedoeld achteruitrolt. De remkracht van de parkeerrem wordt pas opgeheven als voldoende aandrijfkracht op de wielen is opgebouwd.
Noodstopfunctie
Een noodstopfunctie zorgt ervoor dat de wagen ook bij uitval van het gewone remsysteem kan worden geremd Link.
ATTENTIE!
Als bij een stilstaande wagen en draaiende motor een rijstand is ingeschakeld, mag in geen geval onoplettend gas worden gegeven. De wagen komt dan direct in beweging - gevaar voor ongevallen!
Aanwijzing
- Als de parkeerrem bij uitgeschakeld contact wordt gesloten, gaan de controlelampjes in de toets en op het display in het instrumentenpaneel na enige tijd uit.
- Eventuele geluiden bij het vastzetten en loszetten van de parkeerrem zijn gewoon en vormen geen reden tot ongerustheid.
- Als de wagen stilstaat voert de parkeerrem met regelmatige tussenpozen een controlecyclus uit. Hierbij voorkomende geluiden zijn normaal.