|
Geldt voor wagens met Audi adaptive cruise control
Om de actuele ingestelde afstand weer te geven, drukt u op de tuimelschakelaar Afbeelding136►.
Om de afstand een stap te verhogen of verlagen, drukt u de tuimelschakelaar opnieuw omhoog of omlaag. Op het display in het instrumentenpaneel verandert de afstand tussen de beide wagens.
Wanneer er een voorligger verschijnt, remt de adaptive cruise control automatisch af tot diens snelheid en regelt daarna de ingestelde afstand. Wanneer de voorligger accelereert, accelereert ook de adaptive cruise control mee tot de door u ingestelde snelheid.
Hoe hoger de snelheid, des te groter de afstand in meters ►. Wij adviseren u de instelling Afstand 3 te kiezen. Deze komt overeen met de algemene aanbeveling van de "2-secondenregel".
De aangegeven afstanden zijn streefwaarden. Afhankelijk van de rijsituatie en de rijstijl van de voorligger kunnen deze doelafstanden worden over- resp. onderschreden.
Als u het tijdsinterval wijzigt, wordt de nieuw ingestelde waarde kort op het display in het instrumentenpaneel weergegeven, bv. voor Afstand 3. Dit gebeurt alleen, als op het display niet net de weergave Hulpsystemen wordt weergegeven Afbeelding►.
Afstand 1: deze instelling komt bijvoorbeeld bij een snelheid van 100 km/h overeen met een afstand van circa 28 meter (tijdsafstand circa 1 seconde).
Afstand 2: deze instelling komt bijvoorbeeld bij een snelheid van 100 km/h overeen met een afstand van circa 36 meter (tijdsafstand circa 1,3 seconden).
Afstand 3: deze instelling komt bijvoorbeeld bij een snelheid van 100 km/h overeen met een afstand van circa 50 meter (tijdsafstand circa 1,8 seconden).
Afstand 4: deze instelling komt bijvoorbeeld bij een snelheid van 100 km/h overeen met een afstand van circa 64 meter (tijdsafstand circa 2,4 seconden).
Afstand 5: deze instelling komt bijvoorbeeld bij een snelheid van 100 km/h overeen met een afstand van circa 100 meter (tijdsafstand circa 3,6 seconden).
Bij het instellen van de afstand is de bestuurder verantwoordelijk voor het opvolgen van de betreffende landspecifieke wettelijke voorschriften.
Let op
- Afhankelijk van de ingestelde rijmodus in de drive select en de ingestelde afstand is het rijgedrag bij het accelereren dynamisch tot comfortabel link►.
- In de rijmodus efficiency wordt de ingestelde afstand automatisch aangepast, om verbruiksgeoptimaliseerd de verkeersstroom te volgen. Bij Afstand 1 vindt een wijziging naar Afstand 2 plaats en bij Afstand 2 een wijziging naar Afstand 3. Na verlaten van de rijmodus efficiency blijft de automatische wijziging behouden.
- Elke keer dat het contact wordt ingeschakeld, is automatisch Afstand 3 ingesteld. Als u een andere afstand als basisafstelling wenst, kunt u het menu Adaptive cruise control door een (Audi-)specialist laten uitbreiden.
- Uw instellingen worden automatisch opgeslagen en aan de gebruikte sleutel met radiografische afstandsbediening toegekend.