|
De juiste bandenspanning voor af fabriek gemonteerde banden en voor het noodreservewiel* is op een sticker aangegeven. De sticker
Afbeelding230► bevindt zich aan de kopse kant van het bestuurdersportier.
-A- Bandenmaat
-B- Bandenspanning voor de banden van de vooras
-C- Bandenspanning voor de banden van de achteras
-1- Bandenspanning bij onbeladen wagen
-2- Bandenspannig bij maximaal beladen wagen
-3- Bandenspanning voor het noodreservewiel*
Bij onbeladen wagen de aangegeven bandenspanning -1- aanhouden. Wanneer u met maximale belading wilt rijden, moet de bandenspanning tot de voorgeschreven maximale waarde -2- worden verhoogd
►.
Bandenspanning controleren en corrigeren
De bandenspanning minstens eenmaal per maand en bovendien voor elke langere rit controleren.
Bandenspanning altijd bij koude banden controleren. De verhoogde spanning bij warme banden niet verminderen.
Op de sticker
Afbeelding230► de juiste bandenspanning aflezen die past bij uw wagenbelading.
Bandenspanning zo nodig corrigeren.
Bij wagens met bandenspanningscontrole* de gewijzigde bandenspanning in het infotainment
link► opslaan.
De spanning van het noodreservewiel*of reservewiel* controleren. Altijd de hoogste spanning aanhouden, die voor de banden is bedoeld.
De bandenspanning altijd aan uw rijstijl en de actuele wagenbelading aanpassen.
- Overbelading kan ertoe leiden dat u de controle over de wagen verliest - gevaar voor ongevallen!
- Bij te lage bandenspanning, te hoge wagenbelading of snelheid krijgt de band een grotere vervorming te verduren. Hierdoor wordt de band te warm. Dit kan zelfs tot een klapband leiden en u kunt de controle over de wagen verliezen - gevaar voor ongevallen!
- Een verkeerde bandenspanning vergroot de bandenslijtage en heeft een negatief effect op het rij- en remgedrag van de wagen - gevaar voor ongevallen!
VOORZICHTIG
Verloren ventieldopjes vervangen, om schade aan de bandenventielen te voorkomen.
Milieu-aanwijzing
Te lage bandenspanning verhoogt het brandstofverbruik.
Let op
Wij adviseren, bij onbeladen wagen bandenspanning -1- of de voor maximale belading aangegeven bandenspanning -2- te gebruiken.